Voorster Varia (10)

Sando

Het weer is redelijk stabiel in de aanloop naar de eerste prijsvlucht voor de junioren. Dat hebben we wel eens anders meegemaakt. Dan waren de intenties goed, maar speelden een hittegolf en voortdurend oostenwind ons parten. Ook herinner ik me jaren met veel onbestendig weer. Dan waren de mogelijkheden om af te richten beperkt. Als het weer meezit en de junioren zijn vlieglustig en gezond, kun je werk maken van het africhten. Sando Verbeek, die aan zijn tweede duivenjaar in Voorst bezig is, beleeft momenteel veel plezier aan zijn jongen. Hij brengt ze veelvuldig weg en geniet met volle teugen van zijn junioren. Als de jongen vlot naar huis komen, zonder noemenswaardige verliezen, is het een lust om met de junioren in de weer te zijn. Het moet al heel raar lopen, wil Sando niet een bliksemstart maken op Heusden Zolder!

Bob

Een andere liefhebber met veel ambitie is Bob van Zeist. Bob is neergestreken op “de Clabanus”. Wie binnendoor van Voorst, via Klein Amsterdam, naar Loenen rijdt, passeert de woning van Bob. Ter hoogte van de ganzenboer bij de brug over de beek. Bob leest mijn artikeltjes en laat zich graag inspireren. Toen ik krap twee weken geleden voor het eerst de junioren in Heteren loste op zondag, arriveerde hij met zijn jongen, toen ik in gesprek was met een geïnteresseerde voorbijgangster bij het bekende bruggetje. Bob wachtte netjes op het lossen van mijn laatste mand en nam toen mijn plekje in. Ik weet niet hoe die eerste Heterenvlucht bij Bob verlopen is, maar voor mij werd het een dagvullend programma. Van één mand van 23 stuks, was na enkele uren nog geen veer thuis. Blijkbaar passeerden ze het Veluwemassief aan de linkerzijde en kozen ze ongewild voor de moeilijke variant. Terwijl ik in de groentetuin schoffelde, zag ik de moedige strijders één voor één met grote tussenpozen arriveren. Steevast uit het (noord)westen. ’s Avonds ontbraken er alleen al uit deze mand zes stuks! Voor mij was het een “eye-opener”. Ik richt altijd af vanaf de Doesburgse Dijk en ga dan via Velperbroek naar Heteren. Voortaan wordt Heteren vervangen door Elst. De kans, dat de duiven vanaf Elst links om het Veluwemassief trekken is veel kleiner. Gaan ze er rechts langs, dan komen ze al snel op bekend terrein en komen ze via de IJsselvallei huiswaarts. De logische route. Ben benieuwd wat jouw ervaring is, Bob.

Ben

José en ik zijn fietsliefhebbers. José wil zo lang mogelijk op een traditionele fiets blijven rijden. Ze bezoekt vijf dagen in de week de sportschool en vindt, dat de e-bike daar niet bij past. Ik heb daar geen moeite mee, al is het een prachtige vinding. Twee weken geleden deden we een “rondje Radio Kootwijk”. Vanaf ons huis is dat precies 75 kilometer. Ik vind het mooi, dat ik na twee open-hart-operaties José nog kan volgen op de fiets. Zou me niet schamen op een e-bike, maar als het niet echt nodig is, doe ik het liever op eigen kracht. Bij “Halte Assel” pakten we een terrasje. Het was er druk, met bejaarde passanten op de e-bike, wielrenners op leeftijd en schoolkinderen op kamp. In het geroezemoes hoorden José en ik ineens het woord “duiven”. Tegenwoordig denk je dan al snel aan mensen, die bij Ikea zijn geweest. Toen ik rondkeek, ontwaarde ik fondman Ben Hendriks en zijn Annie. Ze zaten ongeveer zeven meter verder. Bijna een kwart eeuw geleden, ontmoetten we Ben en Annie op de allereerste grote duivenbeurs in China. We zaten in hetzelfde reisgezelschap o.l.v. Dick Scholten, onder de paraplu van Eijerkamp. Ben is inmiddels tachtig, loopt met een rollator, maar heeft nog steeds fondduiven. Vanwege de drukte op het terras, was conversatie op afstand onmogelijk en daarom was aanschuiven aan hun tafeltje veel comfortabeler en logischer. Ooit werkte Ben als gymnastiekleraar aan het Isendoorn College. Zoiets schept een band. Dat moet een halve eeuw geleden zijn. Zijn vader Jo, woonde op “Bingelder” in Twello en was in die periode ook lid van “Steeds Verder”. Bewogen jaren, waar we het niet over gehad hebben. Ben wordt al meer dan zijn halve leven geplaagd door de gevolgen van een slopende ziekte. Toch houdt hij er nog steeds de moed in, al kan hij zelf zijn duiven niet meer verzorgen. Annie, die nog graag tennist op haar 75e , heeft in deze fase haar bedenkingen bij de duivenhobby. Ben is echter heel gedecideerd. “Mijn enthousiasme voor de duiven houdt me op de been”. Onderweg naar huis, hadden we het over de onverwachte ontmoeting. “We moeten dankbaar zijn, dat we beiden nog kunnen fietsen”, sprak José wijselijk en “Ben is een medisch wonder en een taaie rakker, maar wel sneu voor beiden”.

Gerard

Over sneu gesproken. Ik was onlangs met moeder Toos bij Gerard in Wijchen. Gerard en Margret waren begin 2022 zestig jaar getrouwd. Niet heel veel later stierf Margret. Ze stond op de nominatie om geopereerd te worden. Geen levensbedreigende ingreep. Ze kwam goed door de keuring, maar geheel onverwacht stierf ze thuis, twee dagen voor de operatie. Een enorme klap voor Gerard, die sindsdien zijn draai niet vinden kan. De ene dochter woont in Duitsland, de andere in Boxmeer. Die kunnen hun vader ook niet dagelijks bezoeken. Gerard was openhartig: “Ik kan niet goed alleen zijn. Ik mis Margret en ik mis aanspraak. Eigenlijk zou ik een duivenmaatje willen vinden. Iemand die geen ruimte bij huis heeft, of niet over de financiële middelen beschikt en die samen met mij de duivensport wil beoefenen. Hij korft in en ik verzorg de duiven in de ochtend en op momenten, dat hij verhinderd is. Dan heb ik een doel, een hobby en ik heb aanspraak”. De kans op een treffer is klein, maar niet geschoten is altijd mis.

Hans

Afgelopen maandag was ik in het clubgebouw, om de entingspapieren in te leveren en voor het toewijzen van de chipringen. Dan spreek je weer eens clubgenoten. Je hoort, dat ook anderen duiven hebben die niet willen trainen, of duiven hebben die naar het veld trekken. Hans Eckelboom is sedert enige jaren lid van “Steeds Verder”. Eigenlijk werd Hans weer duivenliefhebber door zijn kleinzoon Steffan. Hans heeft altijd hard gespeeld met jonge duiven. Met de oude duiven kon hij goed mee komen, maar het spelletje met de junioren was helemaal zijn specialiteit. Hans heeft al een bewogen sportloopbaan achter de rug. Als wielrenner reed hij de “Tour de l’Avenir” en als schaatser zat hij dicht tegen de kernploeg aan. Renners als Fedor den Hertog en Joop Zoetemelk waren in zijn jonge jaren bekende concurrenten. Hans kan er boeiend over verhalen, als hij eenmaal op de praatstoel zit. Kleinzoon Steffan heeft inmiddels een rijbewijs. Jong en oud samen vormen een prima mix. Hans heeft niet meer de lucht van vroeger, maar wel veel ervaring. Steffan is jong en ambitieus. Eén en één is hier drie, met oma Ada als stille kracht op de achtergrond. Hans is momenteel erg enthousiast over een klein ploegje van tien latere jonge duiven. Ze komen van goeie liefhebbers uit de omgeving Boskoop. “Het zijn geen postduiven, maar raketten. Zulke heb ik nooit eerder gehad”, aldus opa Hans. Ben, net als Hans en Steffan, benieuwd hoe ze zich op de natour manifesteren.

Hans (2)

Er zijn meer hondjes die “Fikkie” heten. In het weekend kan ik het niet laten om op de site van Eijerkamp te kijken. Als je zelf geen oude duiven speelt, blijf je toch op de hoogte op die manier. Bij Hans en Evert Jan, zijn ze niet afhankelijk van één goeie duif. Bijna elke week komen er andere duiven naar voren. De laatste weken hebben ze al enkele keren meegemaakt, dat de duif die de ene week als eerste arriveert, de week erop wederom als eerste aantikt. De laatste weken maken twee nestzusjes furore. Ze huizen op het hok van verzorger Kees. Op het hok van Oliver zit echter een volle broer, die op dit hok vaak niet voor niets getekend staat. Drie goeien uit één koppel, dat maken ze ook bij Eijerkamp niet vaak mee. Het beste van Eijerkamp tegen in dit geval een dochter van “Murphy’s Law” van WdB is een schot in de roos. Hans geniet er met volle teugen van. Hij pluist de stambomen uit en stuit dan vele generaties terug weer op duiven, die hij ooit met groot succes inbracht en die via nazaten nog steeds furore maken. Mooi als je als 87-jarige nog zo betrokken bent en genieten kunt!

Ravenstein

Afgelopen zondag bracht ik de duiven voor het eerst naar Ravenstein. Ze waren ongeveer gelijk met het baasje thuis. Een meevaller.  Gisteren ging ik met José fietsen. Uiteraard gingen de net gechipte duiven mee. Na het lossen aan de Maas, fietsten we richting Grave. In het centrum van Grave hadden we beiden zin in wat lekkers. Bij “Het herboren aapje” pakten we een terrasje. We bestelden een appelpunt met flinke bol ijs en slagroom bij de capucino en dat werd een feestje. Het ijs kwam van Clever’s en dat schijnt in Limburg en Brabant een aanrader op ijsgebied.  De charmante en vriendelijke serveerster vertelde iets over de bijzondere naam van het trefpunt. Ik zal U de details onthouden. Bent U in de buurt, laat U dan verrassen. Het was voor ons een geweldig begin van een prachtige fietstocht, die als “molentocht” werd aangekondigd.  Zestig kilometer bij heerlijk fietsweer. Bij thuiskomst had de module de duiven netjes geregistreerd. Er waren twee duiven niet aangekomen. Twee winstpunten, zei fondspeler Jef Carlens uit Zepperen steevast. Het gaat niet om kwantiteit, maar om kwaliteit.

Zestig

Ongeveer zestig junioren verwachten we in te zetten op Heusden Zolder. Ongeveer tien latere jongen proberen we klaar te stomen voor de tweede prijsvlucht, vanaf hetzelfde station. Die ongeveer tien “testduifjes” zijn nog niet verder geweest dan Leuvenheim (7 km). Ze zijn eigenlijk nog te jong en daarom krijgen ze hun spoedcursus op het allerlaatste moment. De afgelopen weken probeerde ik e.e.a. te forceren, maar junioren die nog piepen en pas acht weken oud zijn, die verspeel je ook op geringe afstand, ondervond ik tot mijn spijt. De laatste jongen werden rond half mei gespeend. Geboren rond 20 april en debuterend rond 20 juli op hun eerste vlucht. Dan zijn ze dus nog geen honderd dagen oud. Heel krap allemaal. Een andere optie is wachten tot de natour. Ik verkies echter de uitdaging. De uitkomst van het experiment hoort U t.z.t. (wordt vervolgd)

freekwagenaar@upcmail.nl