Voorster Varia (16)

Einde

Vorige week zondag kwam er officieel een einde aan de duivensportloopbaan van ex-teamlid Bram Scherpenzeel. Via GPS werden de duiven totaal verkocht. Spannend voor Bram, maar ik denk, dat hij tevreden terugkijkt op de verkoop. Zelf kocht ik een duivin aan, waarvoor ik al een partner in gedachten heb. Een halfzus van “Olympic Frank”. Doordat onze beste junior van 2022 komt uit het enige kind van onze topper van 2020, was dit een weloverwogen aankoop. Jammer, dat de duif, die ons zoveel plezier verschafte en 1e Nederlandse Olympiadeduif werd, naar China verhuist. Alles is eindig in het leven!

Forum

Gisterenavond ging ik, met Sander als chauffeur, naar ’s Heerenbroek. Ik mocht plaatsnemen in een Forum en zat temidden van grootheid Gerard Koopman, Barcelonaspecialist Frans Bungeneers uit België, duivendierenarts Stephan Göbel en opkomend fondtalent Claudio Pieper aan tafel in een tot de laatste stoel bezette bedrijfshal van de Groot Diervoeders. Mijn wederhelft José vond het een hele eer en erkenning. Namens de Groot werd ik benaderd door Edwin en in het voortraject was er ook contact met Sarmad. Dit is de nieuwe eigenaar van Travipharma en meede-organisator van de avond. Eigenlijk voel ik me nooit zo op mijn gemak bij “talkshows”. Mijn  A.B.N. is doorspekt met streektaalaccenten, ik slik woorden in en ga in mijn enthousiasme te snel praten. Liever zet ik dingen op papier, zoals in deze “blog”. De kennismaking met collega-panelleden is verrijkend en leerzaam en de ontmoeting met liefhebbers, die ik soms alleen van naam ken via de uitslagen, heeft zijn charme. Zeker na een coronaperiode, waarin festiviteiten, huldigingen e.d. taboe waren. Ik ontmoette er o.a. W. Scholten uit Wapenveld. Een nieuwe, zeer gedreven liefhebber. Met paarden en koeien had hij ook al zijn talenten getoond en afgelopen jaar stond hij bij de asduiven in de regio na een stuk of vijf vluchten fier bovenaan, net boven onze “Tineke ‘928”.  Ik ben dan altijd nieuwsgierig. Het was een Elzingaduif uit Friesland. De duif arriveerde steevast zeer gemotiveerd en vloog gewoon op het schapje zonder nest of trucjes. Helaas voor Scholten brak de duif een poot en dat verstoorde de succesreeks. Ik trof in ’s Heerenbroek een enthousiaste groep gedreven liefhebbers uit de omgeving Wapenveld, Heerde, Wezep. De naam Scholten komen we de komende jaren waarschijnlijk tegen op regio- en zelfs afdelingsniveau, want wat goed is komt snel!

Leerzaam

Bij forumleden denk je aan specialisten, die op elke vraag een antwoord weten. Zo is het niet. Forumleden zijn ook maar mensen. Gerard Koopman kreeg op zeker moment een vraag, waarop hij het antwoord schuldig bleef. Hij begon te lachen en vervolgens kreeg hij de slappe lach. Ik vind dat mooi. Niet op elke vraag is een zinnig antwoord te geven. Een gek kan soms een vraag stellen, waarop  tien professoren het antwoord schuldig blijven. Gerard is al tientallen jaren een pionier en een fenomeen op de dagfond. Ook op de overnachting heeft hij al straffe toeren uitgehaald, maar als het op de Z.L.U.-vluchten aankomt, moet hij nog stappen maken. Je kunt dan wel heel stoer uit je nek gaan lullen, maar soms is nederigheid tonen een beter antwoord. Gerard beseft dat als nuchtere Drent als geen ander. “Ik geef bij thuiskomst van de vlucht nooit meteen een ontsmettingsmiddel in het water”, zei Stephan Göbel gedecideerd. “Als duiven, zeker bij warm weer, vermoeid en dorstig zijn, heb je geen enkel zicht op de dosering en kun je duiven vergiftigen”.  Dat klonk me als muziek in de oren. Stephan Göbel heeft niet alleen veel medische duivenkennis, hij weet ook hoe je met duiven moet spelen. In de beleving van de buitenwacht ben ik een natuurfreak, die wars van elk medicijn is. Dat zei Gerard Schalkwijk als duoforumleider op zeker moment tussen de regels door ook. Voor Travipharma ben ik niet de ideale ambassadeur, moet hij gedacht hebben. Dat beeld klopt niet. Wel in hoofdlijnen, maar niet in absolute zin. Ik ben huiverig voor medicijnen, blijf bij voorkeur dicht bij de natuur, maar als het echt nodig is, ben ik blij dat er duivendokters en medicijnen zijn. Ook uit de mond van Frans Bungeneers kwamen zinnige dingen. Alleen al het pure Vlaamse taaltje is een streling voor het oor. Een man met charisma, kennis van zaken en een duidelijke visie. Barcelonaspecialist met een fantastische erelijst. Sympathiek op de koop toe, zonder “dikke nek”. Claudio Pieper, van de succesvolle overnachtfondcombinatie met vader en broer, hield zich als jongeling goed staande. Hij verwoordde het netjes en van hen gaan we ongetwijfeld meer horen in de nabije toekomst.

Fouten

Een ketting is zo sterk als de zwakste schakel, is een bekende zegswijze van Ad Schaerlaeckens. Een andere wijsheid van A.S.: Iedere duivenliefhebber maakt fouten. Hij, die de minste fouten maakt, wordt kampioen! Ons leven is een leerproces tot aan de dood. Niemand heeft de eeuwige wijsheid in pacht. We moeten onze visie regelmatig bijstellen. Duivensport evolueert, spelmethodes veranderen, ziektes steken de kop op, muteren, verergeren, of verdwijnen geleidelijk. In de tuin werden we geplaagd door buxusmotten en schimmels. Rooien van alle buxus leek de enige oplossing. Bij paleis “Het Loo” in Apeldoorn, werden duizenden meters buxus vervangen door een Ilexvariant. Daar hoeven ze niet op een tonnetje meer of minder te kijken. In Gietelo bestaan alleen nog foto’s van de vele buxusperkjes, die ooit onze tuin sierden. Er waren tuinliefhebbers, die door de zure appel beten en geduld hadden. Ze zagen op tegen het rooien, tegen de investering en de lange overbruggingstijd, die het kost om een fraaie heg na nieuwe aanplant weer op het oude niveau te krijgen. De plaag kwam, tastte een groot deel van alle buxus aan en … lijkt over zijn hoogtepunt te zijn. Doordat duizenden tuinliefhebbers hun buxus rooiden, wordt de verspreiding van de ellende bemoeilijkt. De aanhouder wint en in dit geval lijkt dat de buxusliefhebber, die volhardde. Als iedereen buxus gaat planten, komen er vroeg of laat problemen. Als vervolgens de buxus vervangen wordt door taxus, krijg je vroeg of laat te maken met een organisme, dat de taxus bedreigt. We kunnen dit doortrekken naar de vogelgriep. Tachtigduizend kippen in één hok, dat is ook risicovol, net als bizar veel pluimvee- , varkens-, of geitenhouders op een kluitje bij elkaar. Ook te veel mensen op één aardbol is gevaarlijk. Er steken plagen de kop op en met name kleine mannetjes met grootheidswaanzin krijgen dan de neiging om miljoenen onschuldige mensen uit te roeien. Napoleon en Hitler zijn bekende voorbeelden uit de recente geschiedenis en een nieuwe kandidaat staat te trappelen. Zijn naam noem ik liever niet, want ik wil niet vergiftigd of uit het raam gegooid worden, omdat José en de duifjes me te lief zijn. Gelukkig beperkten de vragen aan de forumleden vrijdagavond zich tot de problemen op het duivenhok.

Team

Ook zonder Bram, die de duivensport achter zich heeft gelaten, gaat ons team verder. “Hoe moet het nu verder met jou?”, vroeg een bezorgde duivenhouder. Ik maak me daarover geen zorgen. Duiven zijn er elk jaar nog gekomen en vaak moest ik op de rem trappen en leveranciers teleurstellen. Meer is niet beter en minder vaak meer!  Albert blijft bij het team betrokken. Alleen al voor het computergebeuren en de site is hij goud waard. In 1997 kweekte hij “Garfield  ‘804” voor ons team. De duif, die als wereldkampioen jonge duiven furore maakte. Albert stond in 1987 bij onze start in Gietelo/Appen mede aan de basis. Ook Rini was er in 1987 bij. Hij kweekte in dat jaar “de Stip”. Een pure van de Wegen via meubelbonnen van Eijerkamp. Toen wisten we nog totaal niet waar we als team heen wilden en speelden we in de jaren erna ook overnachtfond. Rini heeft al vanaf zijn prille jeugd postduiven en anno 2022 vliegen er rond zijn woning nog steeds naar schatting vijftig duiven met internationale ringen en met alle kleuren van de regenboog. Een liefhebber van duiven en de natuur pur sang en zijn werk als muskusrattenvanger sluit daar mooi bij aan. Rini is elke vlucht aanwezig en vaak degene die de duiven als eerste ziet. Jaap ken ik bijna net zo lang als Rini. Als ik zeg zestig jaar, dan overdrijf ik hooguit enkele jaren. Bij Hupkes vlogen zestig jaar geleden ook al duiven om boerderij “Noord-Empe”. Een kamer van de rietgedekte oude boerderij fungeerde als onderkomen voor Hollandse kroppers, nonnetjes, kapucijners en andere sierduiven. Henk, de oudere broer van Jaap, was vanaf zijn jeugd geïnteresseerd in de natuur in de ruimste zin. Dat hij boswachter of iets dergelijks zou worden, gaf hij als puber al aan. De rondklapperende sierduiven werkten als een magneet op verdwaalde en vermoeide postduiven en op hun beurt fungeerden de nieuwkomers als voedsters voor de nazaten van de sierduiven met zware voetbevedering. Rini, Jaap en ik waren vaak te vinden bij de duiven en anno 2022 vliegen er rond de (zorg)boerderij van Jaap nog steeds tussen de zeventig en honderd, merendeels postduiven. Jaap houdt van zwart, rood en schimmel, net als de roofvogels, die de hokbezetting op peil houden en overbevolking voorkomen. Jaap is de laatste jaren meer en meer toeschouwer geworden op vluchtdagen. Hij wordt ouder, krijgt meer vrije tijd en ging van 120 melkkoeien op “Noord-Empe” naar drie zoogkoeien op “’t Hengelder”. Op Jaap kan het team altijd rekenen, als het op hand- en spandiensten aankomt. Zoals eerder vermeld, kwam Bram in 2015 in beeld als leverancier van jongen. Spelenderwijs vergrootte hij zijn rol en kwam als “zij-instromer” het team versterken. Na hem kwam Gerard in beeld, die ons team ook enkele jaren bijstond als verzorger van kweekduiven. Dat was eind 2018. Twee jaar later completeerde Sander ons team. Net als  Rini en Jaap was Sander tot voor kort ook een liefhebber van witte, zwarte en gekleurde postduiven. Jaap, Gerard en Sander waren ooit lid van een postduivenhoudersvereniging. Rini is al zestig jaar puur liefhebber. Met zo’n kleurrijk team van pure duivenliefhebbers om me heen, is het nooit moeilijk om de hokken gevuld te krijgen. Om misverstanden te voorkomen: De gekleurde duiven op de hokken van de teamleden fungeren in het gunstigste geval als voedster. De uitverkoren “kweekduiven” worden apart gehouden en vliegen niet uit, in tegenstelling tot de vrij rondvliegende gekleurde hobbyduiven. De invloed van Bram blijft voelbaar. Ik kocht een aantal jaren op rij een door hem geschonken bon. Dit was het zaadje van onze samenwerking. Bram leverde de afgelopen acht jaren wisselende aantallen. Het begon met een handvol in het begin en liep op zeker moment op tot wel zeventig stuks. De duiven gingen in het najaar retour naar Bram, die ze kon overwennen in de wintermaanden en ze speelde als jaarling en oude duif. Soms zag ik iets in een bepaalde duif van Bram en dan was dat voor mij “de bonduif” die ik gekocht had. Een soort appeltje-eitje binnen het team. Zo belandden “José” (teletekstduivin en 100% Eijerkamp-origine, passend binnen de stam) en “Janneke” (3e asduif in 2018, terwijl de 1e en 2e asduif kring retour Bram gingen) op ons eigen kweekhok. In 2020 gingen de broers “Teletekst Henk ‘57” en “Olympic Frank ‘58” retour naar Bram. Met gemengde gevoelens. Ik wil rendement van topduiven in de kweek, niet van allerlei probeersels. Van onze asduif in 2021 hadden we dit jaar acht jongen met voedsterhulp. Uit “Olympic Frank” ontvingen we slechts één jong. Deze ‘019 liet zich goed zien, maar bleef achter op Nanteuil. Dat schiet niet op. Gelukkig hield ik vorig jaar één duifje achter. Dat was ook een jong uit “Olympic Frank”. Bram wist dit en stemde er mee in  onder het mom van “jaartje lenen”. Ik wist toen nog niet, dat Bram dit jaar zijn huis, de duivensport en ons team zou verlaten. Uit ons enige kind van “Olympic Frank” komt onze beste junior in 2022. Bram claimde het “leenduifje” niet. Dankjewel, Bram!  De “Olympic Frank” is verkocht naar China. Via het “leenduifje” hebben we toch iets meer dan alleen de zoete herinnering. Goed voor het team en op termijn ongetwijfeld leuk voor Bram. Het gaat in het leven niet alleen om de knikkers, toch?  (wordt vervolgd)