Uit de kast (10)

Albert

Binnen het team is Albert de man van de website, van de stamkaarten. Ons hoofd administratie, zeg maar. Albert woont samen met Yvonne aan de doorgaande weg in Twello. In Voorst, bij het Tolhuisje, had Albert al duiven. Eigenlijk al in zijn jeugdjaren. In de fase dat Bertus en Coba, de ouders van Albert, aftakelden, kwam Yvonne in beeld. “Trouw niet voor je veertig bent” zong het LowLand Trio en ik vermoed, dat Albert die liedtekst serieus nam. Samen met Yvonne werd er een nestje gebouwd in Twello. Kinderen zouden er niet meer komen, die fase waren ze voorbij, maar duiven wel. Eerst in een klein vogelhok, dat was voor de gein, maar al snel verrees er een mooi hok op het westen. Hoewel Albert handig is en graag timmert, hielp John Romein bij de bouw. Helaas bleven de sportieve prestaties achter bij de verwachtingen. Na de nodige aanpassingen, die geen soulaas boden, besloot Albert om de hokken af te breken en een nieuw hok op het oosten te bouwen. Je moet de moed en de ambitie wel hebben om zoiets te doen. Timmeren is echter geen straf voor Albert en eigenlijk een hobby binnen de hobby. Yvonne liet hem begaan. Over liefde gesproken! Het werd uiteindelijk in verschillende fases een mooi hok, maar van een mooie tafel alleen kun je niet eten! Tot frustratie van Albert werd dit hok geen succesverhaal. De duiven hadden er geen schik, trainden niet en noem het maar op. Menigeen zou de handdoek in de ring gooien na zoveel investeringen in tijd en geld, maar onze teamgenoot niet. In die jaren was Albert nog de kweker van de jonge duiven voor Gietelo en daar haalde hij wel voldoening uit natuurlijk, maar …. hij wilde ook op eigen erf vliegen met duiven. Als er dan weer een teleurstelling volgde, stelde ik hem voor om alleen te kweken voor Gietelo en verder wat “kleurduiven” te houden voor de aardigheid. Daar had hij geen oren naar. Zelf vliegen met duiven bleef zijn droom en tot verbazing van iedereen werd het hok op het oosten gesloopt en met frisse moed begon Albert in zijn eentje aan een geheel nieuw hok. Nu achterin de tuin en op het zuiden. Werkelijk een plaatje van een hok, met rennen en alles pico bello. Zelf ontworpen, uitgedacht en gerealiseerd. Nu werd het ook tijd om de tuin in te richten en ik denk, dat daar Yvonne de kar trok. Toen alles met bloed, zweet en tranen gerealiseerd was, stond er een fraai hok in een entourage van bloemen en struiken en een strak groen gazon.

Succes

Een mooi plekje, een prachtig duivenhok, een strakke tuin, leuk werk vlak bij huis en een begripvolle levenspartner. Die jongen heeft het goed voor elkaar, denk je als buitenstaander. Voor Albert mankeerde er één belangrijk detail: succes. Opnieuw waren er problemen met de duiven. Ze wilden niet trainen, gingen verloren en kostten hoofdbrekens. Albert is een nuchtere jongen, maar als het niet vlotten wil, ga je het zoeken in van alles en nog wat. Ook daar, waar het probleem niet zit. Clubgenoten zagen dat ook. Als je tot drie keer toe een nieuw hok bouwt, helder van geest bent en er binnen je eigen beleving alles aan doet om te slagen, sla je in je wanhoop soms de plank mis. Ben je niet altijd het zonnetje in huis!

Natour

We beleefden een vreemde periode, met aangepaste regels in de duivensport. Corona had grote impact, ook op de duivensport. Daar kwam nog eens vogelgriep bij. Triest voor de duivenliefhebbers in een straal van tien kilometer om brandhaard Heeten. Gelukkig viel Twello net buiten de zone en lag het aan de goeie kant van de IJssel. Was het anders geweest, dan had de duivensportbeleving er voor onze hoofdpersoon op dit moment heel anders uitgezien. Het dubbeltje moet in het leven ook maar net de goeie kant op vallen.  Albert beleefde met de duiven een zomer, zoals hij al te vaak beleefd heeft. De jonge duiven wilden niet trainen en gedacht werd aan aardstralen. Er kwam een deskundige. Een “broodetende profeet”, denk je als buitenstaander. Er werden koperen buisjes geplaatst en aanvankelijk bleven de problemen hetzelfde. “Breng je jonge duiven gewoon elke dag een stukje weg”, opperde ik. “dan moeten ze wel vliegen en doorbreek je de status quo”. Albert pakte hamer en zaag en begon voor de zoveelste keer de boel te veranderen. Het plafond werd verder dichtgemaakt en op die manier een andere luchtstroom bewerkstelligd. Of dit het “Ei van Columbus” is geweest, het wegbrengen, of de wichelroedeloper, dat durf ik niet te zeggen. Feit is, dat de eerste natourvlucht voor Albert gewoon goed verliep. En de tweede ook. Nu moet ik eerlijk zeggen, dat dit in het verleden ook incidenteel gebeurde, maar dan werd de derde vlucht meestal een domper. Dit jaar is alles anders en binnen de club werd Albert nummer één op de derde vlucht. Afgelopen zaterdag beleefde Albert op duivensportgebied de mooiste zaterdag van zijn leven. De eerste melding in tijd en kort daarna nog vier duiven, waaronder de bovenste drie van de lijst op volgorde. Een surrealistische belevenis op een dag, die begon met de uitvaart van Yvonne’s tante. Lief en leed liggen vaak dicht bij elkaar. Het verdriet en de berusting na het overlijden van de zus van Yvonne’s moeder, na een lange lijdensweg en luttele uren later 1,2,3,4 en 5 in de club met de bovenste drie van de lijst. Voor Albert moet het nog indalen, maar deze victorie is de beloning voor vele jaren van martelen en mieren, van vallen en steeds weer opstaan en van eindeloos najagen van een zoete droom, die nu onverwacht in vervulling gaat. Albert, van harte gefeliciteerd met deze prachtige overwinning! Veel zaken vallen ineens op hun plaats en allerlei onnozele details zijn plotseling niet belangrijk gebleken. Duiven die in vorm komen, verrichten wonderen. Je bent het voorbeeld van “de aanhouder wint” en jouw strijd is bijna een sprookje. Wonderen bestaan en ik hoop, dat je nog lang en gelukkig met Yvonne mag leven en er nog vele successen volgen. Deze uitslag verdient een gouden kader en haalt niemand je ooit af!

Seizoenseinde

Op eigen hok in Gietelo is het de laatste weken vlees noch vis. Eigenlijk mogen we helemaal niet klagen, maar we bereiken niet het niveau van vorig jaar. Dat is duidelijk. Gelukkig ben ik in die dingen heel nuchter. Nationaal kampioen, grootmeester, eerste Nederlandse jonge duif voor de Olympiade, dat is toch ook niet normaal? Menig liefhebber droomt ervan om één van die titels ooit één keer in zijn of haar leven te behalen. Wie mag zich in de duivensport wereldkampioen noemen? Ik besef, dat ik bevoorrecht ben. Stiekem een heel klein beetje trots in het stille seizoen, maar vooral heel dankbaar. We hebben ook dit jaar weer enkele schitterende uitslagen gemaakt, maar niet elk weekend is het feest. De omstandigheden moeten ook meezitten. Vorig jaar zat de wind vaak in de westhoek en konden we het opnemen tegen de overvlucht en tegen de grote jongens aan de andere kant van de Veluwe. Bovendien hadden we het geluk of voorrecht, dat twee duiven het op het goeie moment op de heupen kregen! Zoiets kun je niet afdwingen en dat besef ik maar al te goed. Je moet genieten van het moment. Soms ben je aan de beurt en soms zijn anderen aan de beurt en ik besef ook, dat sommigen nooit aan de beurt lijken te komen. Het mysterie van de sport. Afgelopen week vlogen we Quievrain. De laatste weken werden we flink geplaagd door one eye cold, maar net als het weer, klaart het ook ooit weer op. Enkele duiven keken nog niet helder uit de ogen en moesten thuis blijven. De overgrote meerderheid kon gewoon mee. Het seizoenseind nadert en van de groep van precies 94 duiven bij de start van het vliegseizoen, zitten er nog 84. We zochten er tien uit voor de jonge duivenvlucht en 64 voor de natour. Een ongekende situatie, want de duiven gingen bij elkaar in de mand, gingen tegelijk los (om 12.15 uur) en arriveerden door elkaar. Albert en Bram hadden hun eigen natourvlucht en Jaap zat in het hoge noorden. Ook moeder en Trijntje ontbraken bij hoge uitzondering, omdat moeder duizelig was en niet van haar stoel durfde. Samen met Rini en Sander zagen we even na vieren wat duiven over komen uit het zuiden. Je weet dan nooit, of het GOU-duiven zijn, of duiven uit bijvoorbeeld Friesland. Toen we tien minuten later wel duiven op grote hoogte zagen over komen en zelf nog geen duiven geconstateerd hadden, twijfelde ik over de voorbereiding. Twijfel, die elke rechtgeaarde liefhebber heeft op zulke momenten. Toen ineens een bonte duif, die gevolgd werd door twee anderen. Afkomstig uit zuidoostelijke richting. De duiven volgden elkaar vlot op en het was een mooi schouwspel. Sander meldde de eerste natourduif en daarna de eerste jonge duif van vluchtcode 45. “Albert zit je dik voor”, riep Sander. Op zo’n moment zit je helemaal in de vlucht en wil iedereen vroeg zitten en winnen. “Daar ben ik blij om. Fijn voor Albert, dat zal hem goed doen”, antwoordde ik met gemengde gevoelens. Het besef moet even indalen, ook bij Rini. Als je heel dikwijls de eerstgemelde hebt in Twello, moet je even wennen aan de gedachte, dat het ook wel eens minder kan zijn. “Bram zit ook niet zo vroeg”, vervolgde Sander. Dat is duivensport. Er kan er maar één winnen. Ik focus me op die momenten op de duiven, probeer te genieten van de mooie aankomsten, die meestal aangekondigd worden door Rini, vul waterbakken bij en vertroetel de duifjes die naar beste kunnen gepresteerd hebben. Je bent blij, omdat sommige duiven je verrassen en teleurgesteld, omdat andere duiven er niet zijn. Veel indrukken komen op die momenten samen. ’s Avonds zijn er dan de “Compuclubmomenten”. De eerste uitslagen komen binnen en je ziet, dat sommige liefhebbers sterk voor de dag komen en anderen het laten afweten. Geleidelijk krijg je een beeld van de vlucht en je eigen rol daar in. Soms moet je dan even slikken en de teleurstelling verbijten en op andere momenten is er de euforie van het succes. Je streeft naar het laatste, maar voor velen is het toch weer het eerste. De kunst is, om de lat niet te hoog te leggen. Tevreden zijn, als je een getekende duif hebt, of wanneer je ziet dat de duiven monter en fris zijn afgekomen. Het moet leuk blijven! Komende week twee vluchten. Sens jong donderdag en Morlincourt natour vrijdag. We gaan aan beide vluchten deelnemen. Het is de laatste kans in 2021 en al is het allemaal wat minder dan vorig jaar, ik heb me voorgenomen om positief te eindigen. Gezellig met het team evalueren en napraten en uitkijken naar volgend jaar. Dromen van Teletekst, waar we dit jaar helaas ver van verwijderd bleven en ons realiseren, dat we samen weer mooie momenten mochten delen in goeie harmonie. Duivensport blijft een mysterie en een fascinerende hobby. Succes komende week! (wordt vervolgd)