Zieleroerselen, zotteklap & zever (20)
Terugblik
Het kalenderjaar is nog lang niet voorbij, maar het duivensportseizoen zit er voor mij op. Het eerste jaar dat we als “Team Freek Wagenaar” op de uitslag stonden. Een naam die meer recht doet aan de praktijk, want zonder Albert en Bram ben ik nergens. Ook Rini hoort bij het team. Een duivenvlucht zonder zijn aanwezigheid bij de aankomst van de duiven kan ik me nauwelijks voorstellen. Datzelfde geldt voor moeder Toos en schipperke “Trijntje”. Na de laatste vlucht spreken we altijd plechtig af, dat ze er volgend jaar weer bij zal zijn bij leven en welzijn. Het duivenjaar 2017 zal bij mij de boeken in gaan als een goed jaar. De 1e Teletekst, een lang gekoesterde wens, ging in vervulling dankzij “Jarno”. Een memorabele vlucht. Bram was naar een barokfestival en Albert was druk met hokkenbouw en tuinaanleg. Rini zag hem al van ver naderen uit de bekende hoek. Een gedenkwaardig moment en het hoogtepunt van het afgelopen seizoen. Ook Roermond was een recordvlucht met de plaatsten 1 t/m 5 in de regio. Peronne gaf echter meer voldoening. Tevreden waren we ook over het verloop van Troyes. We begonnen met de 10e plek in GOU Noord, maar dat was wel onze getekende en een “halve Hak”. Het was een vrij pittige vlucht, maar in Appen hadden we weinig reden tot klagen en waren er ’s avonds 44 van de 55 thuis. Voor ons was het de eerste serieuze test van de “Hakduiven”. Weliswaar gekruist materiaal, maar we hielden een goed gevoel over aan de laatste vlucht van het seizoen. Reden voor mij om de zes aangeschafte “Hakjes” in 2018 alle zes in te zetten op ons kweekhok bij Albert. Teruglezend in het opgebouwde archief, zag ik dat we in 2014 op 40 keer los laten van de duiven bij huis 60 jongen kwijt waren. Anderhalve duif per keer is een extreem gemiddelde. Ik gebruikte toen termen als “monster”, “sekreet” en “terreur” als het om de havikenplaag plaag ging en prijs me achteraf gelukkig, dat ik toen niet de handdoek gooide. Anno 2017 is de toestand genormaliseerd. Na de laatste vlucht nog 60% aanwezig. Enkele jaren geleden was 80% weg! Helaas werd “Wieke 2” na Troyes gegrepen door de havik. Reden voor mij om de duiven niet meer de vrijheid te geven. Bram heeft zijn duiven inmiddels opgehaald en kan met overwennen beginnen. Albert zal binnenkort volgen. Tot die tijd verblijven de duiven hier in de twee beschutte rennen in de frisse lucht.
Meiko
De jonge rode kater die uit een verwilderde zwerfkat achter in de tuin geboren werd en afgelopen winter vriendschap met me sloot, behoort bijna tot ons team. Elke ochtend in alle vroegte wacht hij trouw bij de achterdeur. Al mauwend probeert hij me van alles te vertellen en loopt als een jachthond “aan de voet” met me naar de schuur voor zijn dagelijkse handje brokken. Als zijn buikje gevuld is wil hij aangehaald worden. Daarna loopt hij springend en spinnend met me mee naar de kippen en duiven. De duiven kennen hem onderhand en tonen nauwelijks angst. Duiven die in de tuin lopen hebben zijn aandacht. “Meiko” besluipt ze en loert naar ze. Hoe meer duiven er voor zijn neus lopen, hoe meer hij in verwarring raakt. Soms bespringt hij ze, maar houdt op het laatste moment in als ze niet snel genoeg opvliegen. ’t Is meer speels gedrag. Ik zorg er wel voor dat zijn buikje goed gevuld is. Als hij ontdekt dat duiven eetbaar zijn, hebben we een groot probleem! Onze rode kater komt niet binnen. Rond het huis zijn voldoende schuilplaatsen tegen kou en regen en hij weet niet anders bovendien. Ook José is helemaal weg van “Meiko”. Toen hij een keer een dag niet gesignaleerd werd, was ze helemaal van slag. Waarschijnlijk heeft hij toen ergens in de buurt in een schuur opgesloten gezeten. ’t Is een trouw, proper en aanhankelijk dier. Nooit gedacht, dat een kat zo leuk kan zijn. Van vreemde katten en muizen hebben we bovendien geen last meer!
Koppelen
De vorige keer schreef ik al, dat dit voor mij een jaarlijks ritueel is. Eerst schoon schip maken en dan met de uitverkoren duiven aan de slag. Proberen goede eigenschappen te verankeren, hier en daar wat compenseren als duiven te groot of juist te klein dreigen te worden. Ruimte voor echte “pointeurs” die een eerste prijs kunnen vliegen, maar ook zorgen dat ze de laatste vlucht van 450 kilometer goed aan kunnen. Met de nieuwe generatie willen we weer meedoen om het kampioenschap, maar we zijn ook liefhebbers die graag een goed gebouwde, mooi getekende duif zien in allerlei kleurschakeringen. Erfelijkheid boeit me en daar lees ik graag over. De ogentheorie vind ik interessant, hou er rekening mee bij het koppelen, maar staar me er niet blind op. De meest fanatieke experts en zelfbenoemde “ogenkeurders” staan zelden bij de kampioenen! Variatiebreedte vind ik wel belangrijk. Verschillende ogen, kleurslagen, karaktereigenschappen, bloedlijnen. Je moet echter wel weten wat je doet. Als je lukraak van allerlei kleuren mengt, ontstaat er meestal een foeilelijke kleur waar je geen kant mee op kunt. Zo is het met koppelen van duiven ook. De beste duiven komen voort uit een kruising, maar het best werkt de kruising als er sprake is van “heterosis” of “bastaardsterkte”. Bewust intelen en dan kruisen, zoals het in de zaadteelt ook gebeurt. Het blijft echter een uitdaging en een zoektocht om lijnen te vinden die goed “pakken”. Duiven die kinderen geven die net iets beter zijn. Meestal is het andersom! Zet je een koppel bewust bij elkaar, dan is de voldoening des te groter als je droom uit komt. Op dit moment heb ik na veel wikken en wegen de kweekkoppels voor 2018 voor 90% op papier. Enerzijds geeft dat rust, anderzijds kijk ik nu al uit naar wat er komend voorjaar in de schalen ligt.
Toekomst
Hebben we als duivensport toekomst? Soms heb ik het gevoel met een kano richting de waterval te varen. Je voelt de stroomversnelling en hoort in de verte het klateren van vallend water. Is het tij nog te keren? Onze vereniging werd in 1930 opgericht en kent een roemruchte historie. Haalt “Steeds Verder” 2030? We moeten niet gaan doemdenken. We leven in het hier en nu. We hadden een prachtige afsluiting met een viswedstrijd op forel in Emst. Een mooi initiatief van John en Hans. De prijsuitreiking met barbecue was goed bezocht en heel gezellig. We hebben nog genoeg mannen en vrouwen in de club die het schip drijvend houden, al wordt het elk jaar moeilijker om aan het vereiste aantal inkorvers voor een vlucht te komen. Straks organiseren Rein en Hans weer het “wintercafé” in de wintermaanden. We hadden en hebben het geluk bij “Steeds Verder” te beschikken over hele sterke vrouwen met een groot clubhart. Hillie, die alles voor “haar” club over had. Joke, die altijd met Martin meekwam en veel werk verzette, Rikie en Dinie achter de bar, Corrie die met Jan het clubgebouw hielp bouwen en zo kan ik nog wel even doorgaan. Helaas vielen en vallen er mensen weg. Ouderdom en gezondheidsklachten spelen ons parten. “Magere Hein” tikt regelmatig iemand op de schouders en aanwas van nieuwe leden is er nauwelijks. Tegenwoordig is Annet een echte “kartrekster”. Blijmoedig doet ze allerlei administratieve taken en ze is wekelijks aanwezig en betrokken bij het maken van uitslagen en het in orde maken van de bescheiden. Adrie beheert de bar alsof het haar eigen toko is. Over het schoonhouden van het gebouw heb ik het dan nog niet eens gehad. Waar zouden we als duivenclub staan zonder onze vrouwen? Hulde aan de dames! Respect ook voor onze bestuurders, die op verschillende niveaus zorgen dat we komend jaar weer onze geliefde hobby kunnen uitoefenen. Laten we vooral positief blijven en genieten van de duiven en de gezelligheid van het samenzijn. Duivensport wordt ooit “cultureel erfgoed”. Een duivenlokaal een item in het Openlucht museum. Voor mij zit het seizoen erop. Ik wil Albert en Bram bedanken voor hun onmisbare kweekinspanningen, administratieve werkzaamheden en meeleven met het wel en wee op de hokken in Appen. Rini en moeder Toos voor hun gezelligheid en support, Theo voor het bijhouden van de statistieken en José voor de catering en het steunen door dik en dun. Jan en Jaap hoop ik in 2018 zeker weer te treffen bij een aankomst van een vlucht in Appen. Mijn laatste Zieleroersel van 2017? Waarschijnlijk wel. Ik hoop dat U iets kon leren van mijn stukjes en “zotteklap & zever” kon scheiden van mijn “zieleroerselen”. In 2018 kom ik, bij leven en welzijn, terug. Alleen nog een nieuwe naam verzinnen. En … geniet zolang het nog kan!